MN 117: Mahācattārīsaka Sutta

De Grote Veertig

Deze versie is uitsluitend gebaseerd op de Pali tekst, die in het geval van de Mahācattārīsaka Sutta waarschijnlijk corrupt is. De gecorrigeerde versie is hier beschikbaar.

<136> 1. Aldus heb ik gehoord. De Gezegende verbleef eens in Anāthapiṇḍika’s Bosklooster, in het Bos van Prins Jeta nabij Sāvatthī. En daar sprak de Gezegende de monniken als volgt toe: "Monniken!"

"Eerwaarde," antwoordden de monniken. De Gezegende zei dit:

2. "Monniken, ik zal jullie edele juiste concentratie onderwijzen, samen met haar oorzaken en benodigdheden. Luister en let goed op: ik ga spreken."

“Goed, Eerwaarde”, stemden de monniken toe. De Gezegende zei dit:

3. "En wat, monniken, is edele juiste concentratie, samen met haar oorzaken en benodigdheden? Het is als volgt: juiste visie, juist voornemen, juiste spraak, juist handelen, juist levensonderhoud, juiste inspanning en juiste aandacht — eenpuntigheid van geest voorzien van deze zeven faktoren: dát noemt men edele juiste concentratie, samen met haar oorzaken en benodigdheden.

Visie

4. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Men weet dat foute visie foute visie is, en men weet dat juiste visie juiste visie is — dat is iemands juiste visie.

5. "En wat, monniken, is foute visie? ‘Er zijn geen giften. Er zijn geen geschenken. Er zijn geen offers. Er zijn geen goede en slechte akties die een uitkomst of resultaat hebben. Deze wereld is er niet, en er is geen volgende wereld. Er is geen moeder, geen vader, en er zijn geen wezens die spontaan [zonder ouders] geboren zijn. Er zijn in deze wereld geen monniken en priesters die het juiste pad gegaan zijn, die de juiste methode gevolgd hebben, en zo zowel deze als de volgende wereld zelf volledig begrepen en ervaren hebben, en er uitleg over geven.' Dit is foute visie.

6. "En wat, monniken, is juiste visie? Ik zeg dat juiste visie tweevoudig is — er is de juiste visie die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten; en er is de juiste visie die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad.

7. "En wat, monniken, is de juiste visie die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten? ‘Er zijn giften. Er zijn geschenken. Er zijn offers. Er zijn goede en slechte akties die een uitkomst of resultaat hebben. Deze wereld is er, en er is een volgende wereld. Er is een moeder, een vader, en er zijn wezens die spontaan [zonder ouders] geboren zijn. Er zijn in deze wereld monniken en priesters die het juiste pad gegaan zijn, die de juiste methode gevolgd hebben, en zo zowel deze als de volgende wereld zelf volledig begrepen en ervaren hebben, en er uitleg over geven.' Dit is de juiste visie die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten.

8. "En wat, monniken, is de juiste visie die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad? Het is de wijsheid, het vermogen tot wijsheid, de kracht van wijsheid, de waarheidsonderzoeksfaktor, de juiste visie die onderdeel van het pad is, in iemand wiens geest edel is en zonder corrupties, in iemand die het edele pad bezit en cultiveert. Dit noemt men de juiste visie die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad.

9. "Men spant zich in om foute visie te verlaten, om juiste visie te verkrijgen: aldus is iemands juiste inspanning. Bewust, verlaat men foute visie; bewust, verkrijgt men juiste visie en verblijft daarin: aldus is iemands juiste aandacht. En zo rennen deze drie dingen om juiste visie heen en omcirkelen het, namelijk: juiste visie, juiste inspanning en juiste aandacht. <137>

Voornemen

10. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Men weet dat fout voornemen fout voornemen is, en men weet dat juist voornemen juist voornemen is — dat is iemands juiste visie.

11. "En wat, monniken, is fout voornemen? Intenties van sensueel verlangen, intenties van kwaadwilligheid, intenties van geweld — dit is fout voornemen.

12. "En wat, monniken, is juist voornemen? Ik zeg dat juist voornemen tweevoudig is — er is het juist voornemen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten; en er is het juist voornemen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

13. "En wat, monniken, is het juist voornemen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten? Intenties van afstand doen, intenties van goedwillendheid, intenties van geweldloosheid. Dit is het juist voornemen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten.

14. "En wat, monniken, is het juist voornemen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad? Het is het denken, de gedachte, het voornemen, het fixeren, focussen en aanwenden van de geest, de verbale vorming in iemand wiens geest edel is en zonder corrupties, in iemand die het edele pad bezit en cultiveert. Dit noemt men het juist voornemen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

15. "Men spant zich in om fout voornemen te verlaten, om juist voornemen te verkrijgen: aldus is iemands juiste inspanning. Bewust, verlaat men fout voornemen; bewust, verkrijgt men juist voornemen en verblijft daarin: aldus is iemands juiste aandacht. En zo rennen deze drie dingen om juiste visie heen en omcirkelen het, namelijk: juiste visie, juiste inspanning en juiste aandacht. <138>

Spraak

16. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Men weet dat foute spraak foute spraak is, en men weet dat juiste spraak juiste spraak is — dat is iemands juiste visie.

17. "En wat, monniken, is foute spraak? Liegen, kwaadspreken, wrede woorden spreken en onzin praten — dit is foute spraak.

18. "En wat, monniken, is juiste spraak? Ik zeg dat juiste spraak tweevoudig is — er is juiste spraak die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten; en er is juiste spraak die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad.

19. "En wat, monniken, is juiste spraak die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten? Onthouding van liegen, onthouding van kwaadspreken, onthouding van wrede woorden spreken en onthouding van onzin praten. Dit is juiste spraak die corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten.

20. "En wat, monniken, is juiste spraak die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad? Het is het zich onthouden van de vier vormen van verbaal wangedrag, het afzien ervan, het nalaten ervan en wegblijven ervan in iemand wiens geest edel is en zonder corrupties, in iemand die het edele pad bezit en cultiveert. Dit noemt men juiste spraak die edel is en zonder corrupties, die transcendent is en een onderdeel van het pad.

21. "Men spant zich in om foute spraak te verlaten, om juiste spraak te verkrijgen: aldus is iemands juiste inspanning. Bewust, verlaat men foute spraak; bewust, verkrijgt men juiste spraak en verblijft daarin: aldus is iemands juiste aandacht. En zo rennen deze drie dingen om juiste visie heen en omcirkelen het, namelijk: juiste visie, juiste inspanning en juiste aandacht. <139>

Handelen

22. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Men weet dat fout handelen fout handelen is, en men weet dat juist handelen juist handelen is — dat is iemands juiste visie.

23. "En wat, monniken, is fout handelen? Het doden van levende wezens, stelen en fout seksueel gedrag — dit is fout handelen.

24. "En wat, monniken, is juist handelen? Ik zeg dat juist handelen tweevoudig is — er is het juist handelen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten; en er is het juist handelen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

25. "En wat, monniken, is het juist handelen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten? Onthouding van het doden van levende wezens, onthouding van stelen en onthouding van fout seksueel gedrag. Dit is het juist handelen welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten.

26. "En wat, monniken, is het juist handelen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad? Het is het zich onthouden van de drie vormen van lichamelijk wangedrag, het afzien ervan, het nalaten ervan en wegblijven ervan in iemand wiens geest edel is en zonder corrupties, in iemand die het edele pad bezit en cultiveert. Dit noemt men het juist handelen welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

27. "Men spant zich in om fout handelen te verlaten, om juist handelen te verkrijgen: aldus is iemands juiste inspanning. Bewust, verlaat men fout handelen; bewust, verkrijgt men juist handelen en verblijft daarin: aldus is iemands juiste aandacht. En zo rennen deze drie dingen om juiste visie heen en omcirkelen het, namelijk: juiste visie, juiste inspanning en juiste aandacht. <140>

Levensonderhoud

28. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Men weet dat fout levensonderhoud fout levensonderhoud is, en men weet dat juist levensonderhoud juist levensonderhoud is — dat is iemands juiste visie.

29. "En wat, monniken, is fout levensonderhoud? Misleiden, wauwelen, waarzeggen, bedrog en het nastreven van winst met winst — dit is fout levensonderhoud [voor monniken].

30. "En wat, monniken, is juist levensonderhoud? Ik zeg dat juist levensonderhoud tweevoudig is — er is het juiste levensonderhoud welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten; en er is het juiste levensonderhoud welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

31. "En wat, monniken, is het juiste levensonderhoud welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten? Hier verlaat een edele discipel fout levensonderhoud en voorziet in zijn bestaan door juist levensonderhoud. Dit is het juiste levensonderhoud welke corrupties heeft, samengaat met verdiensten en resulteert in hechten.

32. "En wat, monniken, is het juiste levensonderhoud welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad? Het is het zich onthouden van fout levensonderhoud, het afzien ervan, het nalaten ervan en wegblijven ervan in iemand wiens geest edel is en zonder corrupties, in iemand die het edele pad bezit en cultiveert. Dit noemt men het juiste levensonderhoud welke edel is en zonder corrupties, welke transcendent is en een onderdeel van het pad.

33. "Men spant zich in om fout levensonderhoud te verlaten, om juist levensonderhoud te verkrijgen: aldus is iemands juiste inspanning. Bewust, verlaat men fout levensonderhoud; bewust, verkrijgt men juist levensonderhoud en verblijft daarin: aldus is iemands juiste aandacht. En zo rennen deze drie dingen om juiste visie heen en omcirkelen het, namelijk: juiste visie, juiste inspanning en juiste aandacht. <141>

De Grote Veertig

34. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Monniken, in iemand met juiste visie ontstaat juist voornemen. In iemand met juist voornemen ontstaat juiste spraak. In iemand met juiste spraak ontstaat juist handelen. In iemand met juist handelen ontstaat juist levensonderhoud. In iemand met juist levensonderhoud ontstaat juiste inspanning. In iemand met juiste inspanning ontstaat juiste aandacht. In iemand met juiste aandacht ontstaat juiste concentratie. In iemand met juiste concentratie ontstaat juiste kennis. In iemand met juiste kennis ontstaat juiste bevrijding. Aldus bestaat de praktijk van een leerling uit acht elementen, en is de Arahant voorzien van tien elementen. <142>

35. "En daarbij, monniken, gaat juiste visie voorop. En hoe gaat juiste visie voorop? Monniken, in iemand met juiste visie loopt foute visie ten einde. En de vele onheilzame staten veroorzaakt door foute visie lopen ook ten einde, en de vele heilzame staten veroorzaakt door juiste visie komen tot ontwikkeling en vervulling.

"In iemand met juist voornemen loopt fout voornemen ten einde. En de vele onheilzame staten veroorzaakt door fout voornemen lopen ook ten einde, en de vele heilzame staten veroorzaakt door juist voornemen komen tot ontwikkeling en vervulling.

"In iemand met juiste spraak loopt foute spraak ten einde... In iemand met juist handelen loopt fout handelen ten einde... In iemand met juist levensonderhoud loopt fout levensonderhoud ten einde... In iemand met juiste inspanning loopt foute inspanning ten einde... In iemand met juiste aandacht loopt foute aandacht ten einde... In iemand met juiste concentratie loopt foute concentratie ten einde... In iemand met juiste kennis loopt foute kennis ten einde... In iemand met juiste bevrijding loopt foute bevrijding ten einde. En de vele onheilzame staten veroorzaakt door foute bevrijding lopen ook ten einde, en de vele heilzame staten veroorzaakt door juiste bevrijding komen tot ontwikkeling en vervulling.

36. "En zo, monniken, zijn er twintig [elementen] aan de heilzame zijde, en twintig [elementen] aan de onheilzame zijde. Deze Dhamma–toespraak over de Grote Veertig is in beweging gezet, en kan door geen enkele monnik, priester, god, Māra, Brahmā, of door wie dan ook gestopt worden. <143>

37. "Monniken, als een monnik of priester zou denken dat deze Dhamma–toespraak over de Grote Veertig bekritiseerd of afgekeurd dient te worden, dan kan men tien geldige conclusies trekken uit zijn woorden, op grond waarvan men hem in het hier—en—nu kan bekritiseren.

"Indien hij juiste visie bekritiseert, dan eert en prijst hij die monniken en priesters die van foute visie zijn. Indien hij juist voornemen bekritiseert, dan eert en prijst hij die monniken en priesters die van fout voornemen zijn. Indien hij juiste spraak... juist handelen... juist levensonderhoud... juiste inspanning... juiste aandacht... juiste concentratie... juiste kennis... juiste bevrijding bekritiseert, dan eert en prijst hij die monniken en priesters die van foute bevrijding zijn.

"Monniken, als een monnik of priester zou denken dat deze Dhamma–toespraak over de Grote Veertig bekritiseerd of afgekeurd dient te worden, dan kan men deze tien geldige conclusies trekken uit zijn woorden, op grond waarvan men hem in het hier—en—nu kan bekritiseren.

38. "Monniken, zelfs Vassa en Bhañña, die leraren uit Ukkalā die onderwijzen dat er geen causaliteit is, die onderwijzen dat handelingen geen resultaat hebben, die het nihilisme onderwijzen — zelfs zij zouden niet denken dat de Dhamma–toespraak over de Grote Veertig bekritiseerd of afgekeurd dient te worden. En waarom is dat? Omdat ze kritiek, tegenstand en terechtwijzing vrezen."

 

Zo sprak de Gezegende. En de monniken waren tevreden en verheugd met de woorden van de Gezegende.



vertaald door Dhammajoti - © 2008     |     Installeer het Gentium font